Chikungunya deel 2
In oktober berichtte Groenroodwit al eerder over het chikungunya virus. Zowel het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) als het Landelijk Coördinatiecentrum Reizigersadvisering (LCR) plaatsten deze week nogmaals en aanvullend nieuws- en persberichten over het virus. Het RIVM meldt dat tussen september en november 2014 bij 181 Nederlandse reizigers chikungunya is vastgesteld waarvan 80 reizigers afkomstig uit het Caribisch gebied.
Door René Hoeflaak
Volgens het RIVM is niet gestoken worden het beste medicijn tegen het virus. Een gouden tip. Net als veel andere instellingen adviseert het RIVM onder andere dat het middel deet muggenprikken kan voorkomen. In Suriname zelf is men – zowel inwoners als toeristen- zeer te spreken over het middel Tropical Bush. En ik heb zelf ook goede ervaringen met het middel dat in veel winkels te koop is.
Een vaccin tegen het virus bestaat niet. Het gaat om muggen die vooral overdag actief zijn. Dus smeer je overdag in.
Een jaar geleden meldden zich op het Franse deel van Sint-Maarten de eerste chikungunya patiënten. Sindsdien heeft het virus zich verspreid naar verschillende Caribische eilanden, waaronder Curaçao en Bonaire. Later breidde de ziekte zich uit naar Suriname. Chikungunya is niet besmettelijk
Kleine regentijd
Volgens Astracia Warner van het Surinaamse Buro voor Gezondheidszorg (BOG) geven weinig mensen in Suriname gehoor aan de oproepen om zichzelf te beschermen tegen de muskiet en zijn er nog gebieden waar mensen nalaten de wateropslag containers af te schermen, zo is te lezen in een artikel in Dagblad Suriname van gisteren.
In Suriname is de kleine regentijd aangebroken. Dat brengt een groter risico met zich mee. Want bij regen met tussenpozen, zoals nu, kunnen de larven zich makkelijker nestelen en uitgroeien tot volwassen muskieten. Bij aanhoudende regenval is dat minder het geval. Veel larven gaan dan dood omdat het water in de vaten gaat overlopen en larven dan op de grond belanden, aldus Warner.